Hoe kies je voor dat wat zo typisch jou is? Copy

  • Pak het A3 papier erbij en teken een verdeling in 4 gelijke vlakken
  • Schrijf in elk vak aan een zijlijn het volgende:
    • Links boven schrijf je: Wat ik wil
    • Rechts boven schrijf je: Wat ik niet wil
    • Links onder schrijf je: Hier ben ik goed in
    • Rechts onder schrijf je: Hier ben ik niet goed in
  • Pak je opdrachten van de vorige keer erbij en zoek uit welke woorden resoneren. Dit zijn je kernwoorden en -waarden.
  • Schrijf deze kernwoorden en -waarden per stuk op u00e9u00e9n post-it. Gebruik het laatste A4 papier als uitgangspunt, daar heb je al veel op samengevat. Maar het is heel goed mogelijk dat het niet voldoende voelt of dat je dingen wilt aanpassen na er een nacht over geslapen te hebben, dat kan gewoon. Zijn het werkwoorden? Waarden? Zie je overeenkomsten? Kun je zinnen in u00e9u00e9n woord omschrijven? Dingen samenvoegen? Beter verwoorden? Doe dat en schrijf elk woord op u00e9u00e9n post-it.
  • Plak elke post-it in u00e9u00e9n van de vier vakken op je nu nog lege A3 papier. Wat gebeurt er nu met je? Begin er iets te borrelen? Voel je je verslagen? Word je er enthousiast van? Overweldigd? Herken je je kernwoorden en -waarden? Geeft het je nieuwe inzichten?
  • Goed om te weten: dit lijstje kan en zal ooit veranderen, misschien volgende week, misschien over een paar jaar (daarom zijn de post-its handig, die kun je makkelijk verplaatsen). Het is dus niet definitief, maar vandaag is dit wat het is.
  • Maak een foto van het stuk papier waarop je je kernwoorden en -waarden hebt ingedeeld, bewaar dit voor jezelf als backup.